“We speelden voor Caballero sigaretten!”
Jordan Laturake en Bennie Ninkeula, beiden 73 jaar, uit Hoogeveen blikken
terug op de jaren zestig. Als jonge tieners maakten ze samen met Rudolf
Loupatty en Max Lesimanuaja, beiden zijn helaas overleden, deel uit van de
succesvolle band Der Blitz (voorheen Soul Sect en Black Strangers). De
Molukse Hoogeveners kijken met veel plezier terug op een kleurrijke muzikale
tijd van 1963 tot 1972, waarin ze elk weekend het podium beklommen in zowel
binnen- als buitenland.
Muziek werd de mannen al tijdens hun jonge jaren met de spreekwoordelijke
paplepel ingegoten. Mede door hun muzikale vaders die elk op hun beurt een
muziekinstrument bespeelden of op andere manieren nauw betrokken waren bij
muzikale gezelschappen. Tijdens het verblijf in kamp Beugelen in Staphorst werd
veelvuldig geluisterd naar de muziek van onder andere Elvis Presley, Cliff Richard,
Jim Reeves, Little Richard en Pat Boone.
Djago
Op 13 december 1962 kwamen de eerste Molukse gezinnen naar de Hoogeveense
wijk Venesluis. Zo ook de families van Bennie, Jordan en Rudolf. ‘In Beugelen waren
we buren en in de Molukse wijk ook!’ Een hele overgang: van een kleine kamer in
een houten barak naar een stenen huis met schuur en bovenverdieping.
De liefde voor muziek werd voorgezet. Het was Bennie die bij de overburen, een
muzikale familie, in het schuurtje aan het repeteren was op zijn basgitaar. ‘Oom Nelis
Loupatty, de vader van Rudolf, kwam een keer kijken. De volgende dag was hij bij
mijn ouders en stelde voor om band te beginnen.’ Het plan had vader Loupatty al
klaar: Rudolf op gitaar, Bennie op de bas, Jordan zang en Agus Louhenapessy
achter de drums. Laatstgenoemde werd niet veel later, in goed overleg, opgevolgd
door Max Lesimanuaja.
Jordan: ‘We waren toen heel jong! Bennie, Max en ik waren 14 jaar. Rudolf was nog maar 12!’
De heer Junus Pasalbessy wierp zich op als een soort manager en chauffeur van de jongens.
Zijn woonkamer, hoe klein ook, aan de nabijgelegen Van der Wijckstraat stelde hij beschikbaar als repeteerruimte.
Jordan: ‘Weet je dat niemand van ons zang- of muziekles heeft gehad? We houden
allemaal van muziek, thuis werd er ook gezongen. Dat deden we al toen we nog op
kamp Beugelen woonden. Instrumenten waren er ook altijd. Mijn vader en ook van
Bennie, waren al muzikaal. Of ze speelden een muziekinstrument of ze leidden een
muziekgroep. We hebben alles onszelf aangeleerd. En dat ging door toen we in
Hoogeveen kwamen wonen. Ten tijde van de band waren we ook altijd goed op
elkaar ingespeeld. Oefenen of repeteren van te voren deden we eigenlijk nooit. We
zijn toch djago?, oftewel stoer.’ zei Rudolf dan altijd.
Repertoire
De optredens in de beginjaren waren vooral tijdens de jaarlijkse schoolfeesten in
Hoogeveen en omgeving. Er volgden optredens in discotheken, cafés, de
schouwburg, de jongerensoos en tijdens feestweken in de regio. Uiteraard horen de
Molukse trouwfeesten ook in dit rijtje. ‘We gingen het héle land door! Alle provincies
hebben we gehad.’ De volle agenda’s, met wekelijkse optredens in Nederland en Duitsland, maakten dat wijlen Joop Beekamp zich opwierp als manager van de band.
Jordan: ‘De vader van Joop had een muziekhandel aan de Schutstraat. Hij nam als
het ware de taak van oom Pasalbessy over. Toen werd het echt serieus. Joop had
een groot netwerk en goede connecties. Hij zorgde voor een team van roadies en
een groep vaste fans. En zo kwamen we ook in Duitsland terecht, zoals in Rheine en
Nordhorn. We traden op tijdens dansavonden in grote evenementenhallen.’
Blue Arrows was in eerste instantie de naam van de band, maar volgens de heren
maar van korte duur. Niet lang daarna werd het Black Strangers en vervolgens Soul
Sect.
De bezetting werd eveneens uitgebreid met Joop op keyboards, die niet veel later
werd opgevolgd door Peter Dijkstra. Later kwamen er drie blazers bij, de broers
Rosing uit Coevorden en een vriend uit Emmen.
Eind 1969 veranderde de bandnaam uiteindelijk in Der Blitz. Jordan: ‘We waren eens
onderweg naar een optreden toen ons oog op de achterkant van een versterker viel
met de teksten ohm en Der Blitz. Dat laatste vonden we wel goed klinken en we besloten dat dat de nieuwe naam moest worden van de band.’
De naamsverandering hield overigens ook in dat de heren besloten om het repertoire aan te passen. Waar deze eerst bestond uit pop en blues, werden deze vervangen door soulnummers, liedjesvan onder andere Stevie Wonder, James Brown, The Temptations en Percy Sledge.
‘Uiteraard zongen en speelden we ook lagu-lagu, traditionele Maleistalige liedjes, op
Molukse feesten en partijen.’ De band genoot grote bekendheid in de Molukse
woonwijken in heel Nederland. Evenals de Molukse band The Eagles uit Huizen. Ze
hebben eens samen mogen optreden in Nijverdal.
De heren delen een leuke anekdote tijdens een optreden tijdens de Expansieweek
die jaarlijks in september op het Beukemaplein werd gehouden. ‘We speelden in het
voorprogramma van de bekende beroepsband ZZ en de maskers. Rudolf speelde
een solo van La Comparsa, het instrumentale nummer van de band. Je had hun
gezichten moeten zien! Eerst verbaasd, toen wat gepikeerd en uiteindelijk konden ze
er wel om lachen.’
Volgens Bennie en Jordan beschikte Rudolf over een bijzondere gave en hebben
hem daar altijd om bewonderd. ‘Als hij een gitaarsolo maar één keer hoorde, kon hij
deze feilloos naspelen. Tijdens een optreden in Leeuwarden kwam de manager van
de Engelse band The Hollies naar hem toe. Hij kreeg de kans om te mogen spelen,
maar heeft toen bedankt.’
School
Naarmate de boekingen alleen maar toenamen stond het, naast de doordeweekse
dagen voor school, voornamelijk in het teken van optredens. ‘Dat begon al op
vrijdagmiddag direct na school tot en met zondagavond. In de beginjaren deden we
het nog voor niks. We hebben ook weleens gespeeld voor pakjes Cabellero
sigaretten! Dat is toch tegenwoordig ondenkbaar!’
Toen er serieuze bedragen werden uitbetaald, wisten de jongens er zich niet zoveel
raad mee. Bennie: ‘We namen het mee naar huis en gaven het aan onze moeders.
Bij ons thuis was er een vaste plek in de kast. Mijn moeder kon dit geld gebruiken
wanneer ze boodschappen moest doen. Alleen als we met de band naar Amsterdam
gingen om kleding te kopen, haalde ik zelf geld uit de kast’
Omdat de weekenden altijd stonden volgepland, was er amper tijd om huiswerk te
maken en te leren. Met als gevolg dat Bennie in het derde jaar van de mulo ermee
stopte. Op advies van zijn vader begon hij bij de technische school, omdat deze
vooral praktisch was ingericht. Jordan had daarentegen een andere manier
gevonden. ‘Hij nam zijn huiswerk mee en ging tussen de optredens en in de pauzes
leren’, vertelt Bennie. ‘We noemden hem altijd onze professor!’
Saamhorigheid
In 1972, bijna 10 jaar na de oprichting, vonden de bandleden het welletjes. De een
kreeg verkering en de ander had al trouwplannen. Bennie: ‘Het was voorbij met de
pret en kijken naar andere vrouwen! Haha!’
In goed overleg werd in gezamenlijkheid besloten dat er een einde kwam aan een
roerige tijd van rock and roll. ‘En dát was het! In ieder geval géén drugs! Het was een
leuke en mooie tijd. Tuurlijk was het veel ouwehoeren, maar we hebben ook zeker
veel geleerd. We hebben het onderling altijd goed gehad. De saamhorigheid was er
altijd.’
Het laatste optreden was tijdens het bruiloftsfeest van Piet en Juul Loupatty in Royal.
En daarmee kwam er een eind aan een muzikaal periode, tevens het begin van een
nieuw leven.
Helaas is het er nooit van een muzikaal reünie gekomen. In 2003 hebben de heren
nog wel samen gespeeld tijdens een speciale gelegenheid binnen de Molukse
gemeenschap, maar daar is het bij gebleven. Het zijn nog de vele foto’s en de
muziekinstrumenten die hen herinneren aan de tijd van Der Blitz. De heren kijken
terug op fijne en mooie jaren, waar ze veel gedeeld hebben. ‘We zijn dan wel geen
miljonairs, maar we zijn rijk aan mooie herinneringen.’
Gita Lopulisa november 2022
De verhalen zijn, na het afnemen van een interview, met toestemming van de personen zelf of kinderen/familie geplaatst.